Werkloosheid: welke vormen zijn er?

Ben je benieuwd welke vormen van werkloosheid er zijn of wil je meer weten over werkgelegenheid?

Mr. Chadd zocht het voor je uit!

Als we naar werkloosheid kijken dan worden alleen de mensen meegenomen die tussen de 15 en 75 jaar oud zijn in Nederland. Bovendien moeten deze mensen geen betaald werk hebben, maar wel daar recentelijk naar gezocht hebben. Niet iedereen in Nederland is echter op dezelfde manier werkloos. Er zijn 4 vormen van werkloosheid:

• Structurele werkloosheid
• Conjuncturele werkloosheid
• Frictiewerkloosheid
• Seizoenswerkloosheid

Structurele werkloosheid

De eerste vorm van werkloosheid is structurele werkloosheid. Bij structurele werkloosheid kunnen we onderscheid maken tussen kwalitatieve en kwantitatieve structurele werkloosheid. Kwantitatieve structurele werkloosheid betekent dat er simpelweg niet genoeg arbeidsplaatsen zijn voor het aantal mensen dat werk zoekt. Dit kan zijn omdat bedrijven naar het buitenland zijn gegaan of omdat het werk is vervangen door machines. Kwalitatieve structurele werkloosheid heeft daarentegen meer te maken met werklozen die niet de juiste kwalificaties hebben om te kunnen werken. Hierbij moet je denken aan mensen die een te lage opleiding hebben of niet bereid zijn om werk te zoeken in een ander deel van Nederland.

Zo werkt de app

• Download nu gratis

Conjuncturele werkloosheid

Bij conjuncturele werkloosheid hangt het van de economie af hoeveel werklozen er zijn. Gaat het bijvoorbeeld erg goed met de economie in Nederland (hoogconjunctuur), dan zal de conjuncturele werkloosheid laag zijn. Gaat het slecht met de Nederlandse economie? Dan zijn er relatief veel conjuncturele werklozen.

Frictiewerkloosheid

Als derde is er de frictiewerkloosheid. Het zoeken van een nieuwe baan kost vaak tijd. Ten eerste moet je bedrijven vinden die werknemers nodig hebben. Verder kost het ook tijd om op sollicitatie te komen en daadwerkelijk aan het werk te gaan. De tijd die je kwijt bent bij het wisselen en het zoeken naar een nieuwe baan heet frictiewerkloosheid. Deze tijd mag niet langer dan 8 maanden zijn, anders wordt iemand een structurele werkloze.

Seizoenswerkloosheid

Tot slot is er de seizoenswerkloosheid. Dit is altijd tijdelijke werkloosheid. In het ene seizoen is er in sommige sectoren namelijk meer te doen dan in een andere. In de winter is er bijvoorbeeld minder werk in de toerisme industrie dan in de zomer. Ook boeren hebben in de winter een stuk minder werk dan in de zomer. Hierdoor zijn sommige mensen een deel van het jaar werkloos, dit wordt seizoenswerkloosheid genoemd.

Voorbeeldvraag

Welke vorm van werkloosheid is het meest moeilijk om te overtuigen om mensen weer aan het werk te krijgen?

Toch nog wel moeite met economie? En kan je wel een steuntje in de rug gebruiken? Mr. Chadd biedt naast online hulp ook 1-op-1 bijles aan! Klik gauw door voor meer informatie.

Leerlingen die hier vragen over hebben, keken ook naar:

De participatiegraad

Soorten beroepsbevolking en participatiegraad

Primaire, secundaire en teriaire sector: wat is het verschil?